Reeds de oude Egyptenaren, Grieken en Romeinen kenden mosterd en gebruikten mosterdpoeder om ermee te kruiden, maar ook om er vlees mee te conserveren.
Een uit de 4e eeuw stammend recept van een Romein, Paladius geheten, doet reeds denken aan de tegenwoordige samenstelling: Hij voegde aan gemalen mosterdzaad honing, olijfolie en azijn toe.
Ook ten tijde van Karel de Grote werd mosterd verbouwd. Inheems werd de mosterdplant ongeveer in de 10e eeuw en wel het eerst in Duitsland en Frankrijk, in de Britse keuken deed mosterd in de 12e eeuw zijn intrede. In de 13e eeuw ontwikkelden met name de Fransen in de sindsdien om haar mosterd bekende stad Dijon nieuw mosterdrecepten.
Speciaal aan de mosterd uit Dijon was, dat deze niet met azijn, maar met het sap van onrijpe druiven of met most werd bereid. Vandaar de naam - lat. mustum ardens - brandende most. Daaruit ontstonden het Franse woord voor mosterd »Moutarde«, het Engelse »mustard« en uiteindelijk ook het Duitse en Nederlandse »Mostrich«, »Mostert« en »Mosterd«.
AlphaBit Webdesign & Online Marketing
Webdesign, Layout & Realisierung